Propositie 7 Stelling

Als vanuit een punt in een cirkel cirkbl, dat niet het middelpunt is,
lijnstukken zwstre, ro lijn en bl lijn worden getekend naar de omtrek,
dan is de langste van die lijnstukken (zwstre) degene die door het middelpunt gaat en
de kortste is het overblijvende deel (ge lijn) van de diameter.

Van de andere lijnstukken, is die (ro lijn) dichter bij het lijnstuk door het middelpunt
langer dan die (bl lijn) verder weg ligt.

 

Figuur II

De twee lijnstukken (blstre en ro lijn)
die gelijke hoeken maken met het lijnstuk door het middelpunt,
en aan weerszijden ervan liggen, zijn even lang;
en vanuit hetzelfde punt op de omtrek kan geen derde lijnstuk getekend worden
dat even lang is.

Figuur I

Teken ro stlijn en bl stlijn naar het middelpunt.

Dan geldt: zw stlijn = ro stlijn (def 15 uit Boek I).

Daarom geldt: zwstli = zw lijn + roodstip > ro lijn (prop 20 uit Boek I).

 

Op dezelfde wijze is aan te tonen dat zwstli langer is dan bl lijn en
dan iedere andere lijn getekend vanuit het zelfde punt naar een punt op de omtrek.

 

Nu geldt, vanwege prop 20 uit Boek I:
zw lijn + bl lijn > bl stlijn = ge lijn + zw lijn.

Neem zw lijn van beide.

Dan bl lijn > ge lijn (ax 4 uit Boek I).

En op dezelfde manier is aan te tonen dat ge lijn korter is dan iedere andere lijn getekend vanuit hetzelfde punt naar een punt op de omtrek.

 

Dan geldt in 3hoek1 en 3hoek2:

zw lijn gemeenschappelijk, gezwhoek > gehoek en ro stlijn = bl stlijn.

Dus ro lijn > bl lijn (prop 24 uit Boek I).

Op dezelfde wijze is te bewijzen dat ro lijn langer is dan iedere ander lijn getekend vanuit hetzelfde punt naar een punt op de omtrek verder van zwstre.

Figuur II

Als rohoek = gehoek2, dan blstre = ro lijn.

 

Zo niet, neem dan bl lijn = ro lijn en teken ge stlijn.

 

Dan geldt in 3hoek4 en 3hoek3:

zw lijn gemeenschappelijk, rohoek = gehoek2 en ro lijn = bl lijn.

 

Dus rostlijn = ge lijn (prop 4 uit Boek I).

Dan moet ro stlijn = gestre = ge lijn,

een deel gelijk aan het geheel, wat absurd is.

Daarom moet ro lijn = blstre.

 

Geen andere lijn getekend vanuit hetzelfde punt op de omtrek is gelijk aan ro lijn,

want als hij dichterbij de lijn door het middelpunt ligt, zou hij langer zijn en

als hij verder weg ligt, zou hij korter zijn.

QED

 

vorige / volgende


Figuur propositie 7