Propositie 5 Stelling

Als in een willekeurige gelijkbenige driehoek 3hoek de gelijke benen worden verlengd, zijn de buitenhoeken aan de basis even groot en zijn ook de binnenhoeken even groot.

 

Verleng ro lijn en ro lijn (post 2).

Neem ge lijn = ge lijn (prop 3).

Teken bl lijn en bl lijn.

 

Dan hebben we in 3hoekli en 3hoekre:

roge lijn = roge lijn (constr),

zwhoek gemeenschappelijk in beide

en ro lijn = ro lijn (hyp).

Dus blgehoekli = blgehoekre, bl lijn = bl lijn en rohoekli = rohoekre (prop 4).

 

Nu hebben we in 3hoeklikl en 3hoekrekl:

ge lijn = ge lijn, rohoekli = rohoekre en bl lijn = bl lijn.

Dus gewihoekli = gewihoekre en gehoekli = gehoekre (prop 4).

Omdat blgehoekli = blgehoekre,

moet ook blhoekli = blhoekre (ax 3).

QED

 

vorige / volgende

Figuur propositie 5