Een gegeven boog doormidden snijden.
Teken . Maak = . Teken ⊥ . En het snijdt de boog doormidden.
Teken en .
Nu geldt: dus = (prop 4 uit Boek I). Daarom geldt: = (prop 28 uit Boek III). En daarmee is de gegeven boog doormidden gesneden. QED
|