Propositie 12 Stelling

Versie Oliver Byrne

Als een aantal hoeveelheden proportioneel is,
zoals één van de voorgangers is tot zijn opvolger,
zo zullen alle voorgangers samen genomen zijn tot alle opvolgers.

 

Laat ro4kant : rorond = zwhang : zwdrup = geruit : ge5hoek = blrond : bl3hoek = zw3hoek : zwrond.

Dan zal ro4kant : rorond = ro4kant + zwhang + geruit + blrond + zw3hoek : rorond + zwdrup + ge5hoek + bl3hoek + zwrond .


Want als M ro4kant > m rorond,
dan M zwhang > m zwdrup, en M geruit > m ge5hoek, en M blrond > m bl3hoek en ook M zw3hoek > m zwrond
(def 5 uit Boek V).


Daarom, als M ro4kant > m rorond,
dan M ro4kant + M zwhang + M geruit + M blrond + M zw3hoek = M (ro4kant + zwhang + geruit + blrond + zw3hoek) >
m rorond + m zwdrup + ge5hoek + m bl3hoek + m zwrond = m (rorond + zwdrup + ge5hoek + bl3hoek + zwrond).

Daarom als één van de voorgangers is tot zijn opvolger,
zo zijn alle voorgangers samengenomen tot alle opvolgers samengenomen
(def 5 uit Boek V).

Op dezelfde wijze is aan te tonen dat als M keer één van de voorgangers
gelijk is aan of minder is dan m keer de opvolgers,
M keer alle voorgangers samengenomen zal gelijk zijn aan of minder zijn dan
alle opvolgers samengenomen.


Dus als een aantal hoeveelheden, enzovoort...

Als a : b = c : d = e : f = g : h = i : j
   a : b = a + c + e + g : i = b + d + f + h + j

Anders gesteld: Als a/b = c/d = e/f = g/h = i/j
   dan a/b = a + c + e + g + i/b + d + f + h + j

Want
als a/b = c/d
   dan c = p ⋅ a en d = p ⋅ b
   dus a + c/b + d = a + a ⋅ p/b + b ⋅ p = (1 + p) ⋅ a/(1 + p) ⋅ b = a/b

Daar ook geldt e = q ⋅ a en f = q ⋅ b, g = r ⋅ a enzovoort,
   is op dezelfde wijze aan te tonen dat a + c + e + g + i/b + d + f + h + j = a/b

Naar de versie van David E. Joyce à la Byrne

Als een aantal hoeveelheden proportioneel is
(ro stlijn : ro ptlijn = ge stlijn : ge ptlijn = bl stlijn : bl ptlijn),
dan is ro stlijn tot ro ptlijn als
de som van de voorgangers (ro stlijn + ge stlijn + bl stlijn) tot
de som van de opvolgers (ro ptlijn + ge ptlijn + bl ptlijn).


Laat ro stlijn : ro ptlijn = ge stlijn : ge ptlijn = bl stlijn : bl ptlijn.

Neem gelijke veelvouden ro dun, ge dun en bl dun
van ro stlijn, ge stlijn en bl stlijn.

En neem andere gelijke veelvouden ro lijn, ge lijn en bl lijn
van ro ptlijn, ge ptlijn en bl ptlijn.

Omdat ro stlijn : ro ptlijn = ge stlijn : ge ptlijn en = bl stlijn : bl ptlijn,
van ro stlijn, ge stlijn en bl stlijn
gelijke veelvouden ro dun, ge dun en bl dun zijn genomen
en van ro ptlijn, ge ptlijn en bl ptlijn
andere gelijke veelvouden ro lijn, ge lijn en bl lijn,
geldt: als ro dun >, = of < ro lijn,
dan ge dun >, = of < ge lijn alsmede bl dun >, = of < bl lijn .


Zodat als ro dun >, = of < ro lijn,
dan is de som van ro dun, ge dun en bl dun
>, = of < de som van ro lijn, ge lijn en bl lijn (def 5 uit Boek V).


Nu zijn ro dun en de som van ro dun, ge dun en bl dun
gelijke veelvouden van ro stlijn en de som van ro stlijn, ge stlijn en bl stlijn,
omdat als een aantal hoeveelheden dezelfde veelvoud van
een gelijk aantal andere hoeveelheden is,
dan is de som van de veelvouden dezelfde veelvoud van de som van de hoeveelheden
(prop 1 uit Boek V).


Om dezelfde reden zijn ro lijn en de som van ro lijn, ge lijn en bl lijn
ook gelijke veelvouden van ro ptlijn en de som van ro ptlijn, ge ptlijn en bl ptlijn.


Daarom is
ro stlijn : ro ptlijn = (ro stlijn + ge stlijn + bl stlijn) : (ro ptlijn + ge ptlijn + bl ptlijn).


Daarom geldt: Als een aantal hoeveelheden proportioneel is enzovoort.

Figuur propositie 12

vorige / volgende