Propositie 16 Stelling

I

Als vier lijnstukken proportioneel zijn (ge lijn : bl lijn = ro stlijn : zw stlijn),
dan is de rechthoek (ge lijn zw stlijn) omvat door de uiteinden,
gelijk aan de rechthoek (bl lijn ro stlijn) omvat door de gemiddelden.

II

En als de rechthoek omvat door de uiteinden gelijk is aan
de rechthoek omvat door de gemiddelden,
dan zijn de vier rechte lijnstukken proportioneel.

I

Vanaf de uiteinden van ge lijn en bl lijn teken zw lijn en ro lijn

daarop en = zw stlijn en ro stlijn respectievelijk.

Maak de parallellogrammen rorehk en gerehk af.

 

Daar ge lijn : bl lijn = ro stlijn : zw stlijn (hyp),

moet ge lijn : bl lijn = ro lijn : zw lijn (constr).

Dus rorehk = gerehk (prop 14 uit Boek VI).

II

Laat de constructie hetzelfde blijven.

Omdat zw stlijn = zw lijn,

rorehk = gerehk en

ro lijn = ro stlijn,

moet ge lijn : bl lijn = ro lijn : zw lijn (prop 14 uit Boek VI).

 

Daar ro lijn = ro stlijn en zw lijn = zw stlijn (constr),

geldt: ge lijn : bl lijn = ro stlijn : zw stlijn (prop 7 uit Boek V).

QED

 

vorige / volgende


Figuur propositie 16