Propositie 22 Stelling

Deel I

Als vier lijnstukken proportioneel zijn (zw lijn : bl lijn = ro lijn : ge lijn),
zijn de gelijkvormige rechtlijnige figuren op dezelfde wijze daarop beschreven
ook propportioneel.

Deel II

En als vier gelijkvormige figuren, op dezelfde wijze beschreven op vier rechte lijnen,
proportioneel zijn, dan zijn de lijnstukken ook proportioneel.

Deel I

Neem bl stlijn, een derde proportioneel aan zw lijn en bl lijn

en ro stlijn een derde proportioneel aan ro lijn en ge lijn (prop 11 uit Boek VI).

 

Daar zw lijn : bl lijn = ro lijn : ge lijn (hyp),

moet bl lijn : bl stlijn = ge lijn : ro stlijn (constr).

 

Dus, ex aequali, zw lijn : bl stlijn = ro lijn : ro stlijn.

Ook geldt: ge 3hk : bl 3hk = zw lijn : bl stlijn (prop 20 uit Boek VI)

en bl 6hk : wi 6hk = ro lijn : ro stlijn.

Dus ge 3hk : ro 3hk = bl 6hk : wi 6hk (prop 11 uit Boek V).

Deel II

Laat dezelfde constructie blijven.

ge 3hk : ro 3hk = bl 6hk : wi 6hk (hyp).

Dus zw lijn : bl stlijn = ro lijn : ro stlijn (constr).

En dus zw lijn : bl lijn = ro lijn : ge lijn (prop 11 uit Boek V).

QED

 

vorige / volgende


Figuur propositie 22